Emo Verkerk
Emo Verkerk (Amsterdam, 1955) studeert filosofie als hij in aanraking komt met de interviews die de Engelse criticus David Sylvester houdt met de schilder Francis Bacon. Diens beschrijvingen van wat schilderen voor hem is en hoe hij te werk gaat, zijn voor Verkerk filosofie in de praktijk. Naar aanleiding van deze kennismaking met Bacon portretteert Verkerk de schilder in drie tekeningen. Het is 1977. Het jaar daarop zal Verkerk toelating doen bij de Ateliers ’63 – vandaag de dag De Ateliers – en aangenomen worden.Het oeuvre van Verkerk bestaat naast landschappen en ruimtelijke beelden met name uit portretten. Soms getekend, dan weer gebeeldhouwd, maar meestal geschilderd. Als ondergrond gebruikt hij diverse materialen waaronder papier, linnen, karton, blik, marmer en hout. Ook voorwerpen dienen als drager. Een plastic emmer en kettingkastbeschermer bijvoorbeeld.
Samuel Beckett, Julius Caesar, Dmitri Sjostakovitsj, Edgar Allen Poe, Pablo Picasso, Lewis Caroll. Het is een greep uit de door Verkerk geportretteerde figuren uit de geschiedenis. Verkerks keuze voor wie hij portretteert is persoonlijk. “Ze zijn allemaal wel een beetje autobiografisch hoor.” Vaak zijn het personen die hem op de een of andere manier interesseren. Dit kunnen naast bekende namen, ook mensen uit zijn directe omgeving zijn.
De portretten van Verkerk kennen vele verschijningsvormen. Het gelaat van dichter en schrijver J. Slauerhoff is voor de toeschouwer aan de linkerzijde crèmekleurig, aan de rechterkant roze. Franz Kafka’s gezicht verschijnt door een contravorm in triplex tegen een marmeren achtergrond. George Simenon wordt teruggebracht tot een uit de muur stekende houten pijp en een koperen neus die geflankeerd wordt door twee – met een spijker in de muur gemaakte – gaatjes, zijnde de ogen.
Verkerk studeerde filosofie aan de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit in Amsterdam (1974-1976) en aan De Ateliers (1978-1980). Werk van Verkerk werd tentoongesteld in onder andere het Gemeentemuseum Den Haag, het Fries Museum (Leeuwarden), Marian Goodman Gallery (New York) en het Stedelijk Museum Amsterdam.