Maria Barnas

Zo luiden de eerste regels van het gedicht Jaja de oerknal uit de gelijknamige dichtbundel van Maria Barnas (Hoorn, 1973). Barnas is naast dichter ook beeldend kunstenaar en schrijver. Ze onderzoekt in haar talig en beeldend werk hoe de werkelijkheid door beschrijvingen en afbeeldingen gevormd en vervormd wordt. Hoe toereikend is de taal om dat wat we zien ons, door middel van beschrijvingen, toe te eigenen? In hoeverre is de eigen taal een thuis?

In 2007 maakt Barnas The Writing Room. In deze publicatie bundelt ze verschillende foto’s van de werkkamer van Johann Wolfgang Goethe. Elke foto poogt de authentieke kamer weer te geven; elke foto geeft een ander beeld. De bundeling van foto’s toont ons een geënsceneerd beeld van de geschiedenis. Een voorbeeld van de manier waarop afbeeldingen ons beeld van de werkelijkheid kunnen beïnvloeden en bepalen.

“[…] Ik zou willen schrijven om de totaliteit van wat er zich onder mijn schedel afspeelt, een plek [te] willen geven, naar buiten [te] willen kunnen brengen. Het rare [is] dat je in een gesprek, maar ook in de meeste communicatie, moet kiezen voor één laag, dan is het één van de gedachten terwijl je zelf, als je iets uitspreekt, al kunt verlangen naar iets anders of kunt denken ‘wat zeg ik?’. Voor mij is poëzie de beste plek om al die tegenstrijdigheden ook te kunnen tonen.”

Barnas studeerde in 1998 af aan de Gerrit Rietveld Academie en vervolgde haar opleiding aan de Rijksakademie van beeldende kunsten (1999-2000), beide in Amsterdam. Ze publiceerde de romans Engelen van ijs (1997) en De baadster (2000) en een aantal poëziebundels waaronder Twee zonnen (2003), Er staat een stad op (2007) en Jaja de oerknal (2013). Werk van Barnas was te zien in Annet Gelink Gallery (Amsterdam), het Bonnefantenmuseum (Maastricht) en KLEMM’S (Berlijn).